maandag 7 oktober 2013

98. COLUMN ADVOCATEN WIM ANKER EN TJALLING VAN DER GOOT, DOCUMENTAIRE “DE VERDEDIGING VAN ROBERT M.", DWDD, GERARD SPONG, DE KICK VAN HET VRIJ KRIJGEN VAN EEN GUILTY-AS-HELL VERDACHTE, UITGANGSPUNT VAN RECHTSPRAAK ZOU ALTIJD RECHTVAARDIGHEID MOETEN ZIJN, ACTUALITEIT: Rechtvaardigheid vs. Letter van de wet

 

DWDD - DE VERDEDIGING VAN ROBERT M. - ADVOCATEN

 

De verdediging van Robert M.

Ik vermoed dat Matthijs van Nieuwkerk mijn column over Gerard Spong (zie column 87) gelezen heeft nadat de beroemde advocaat eind mei bij hem in DWDD te gast was om te praten over zijn boek “De Breuk”. Het zou zomaar kunnen, want wie “Column Gerard Spong” intikt op internet, komt snel terecht bij een van mijn meest gelezen columns van mijn weblog.
In elk geval had Van Nieuwkerk opnieuw een advocaat te gast of beter gezegd twee advocaten: Wim Anker en Tjalling van der Goot. Aanleiding was de documentaire “De Verdediging van Robert M.” die later op dezelfde avond werd uitgezonden.  Anker en Van der Goot hebben de afgelopen jaren de verdediging gevoerd van Robert M., de man die meer dan tachtig baby’s en peuters heeft misbruikt en daarvoor uiteindelijk werd veroordeeld tot negentien jaar gevangenisstraf en TBS met dwangverpleging.
 

Behoorlijk kritisch

Waar Van Nieuwkerk destijds vol ontzag en bewondering tegenover Gerard Spong zat, was hij dit keer voor zijn doen behoorlijk kritisch al had hij er wat mij betreft nog wel een schepje bovenop mogen doen.
Zo zei Van Nieuwkerk op een gegeven moment “… en toch keur ik dat niet af…” waar ik graag zou hebben gezien dat hij de ballen had gehad om het juist wél hardop af te keuren. Waarbij ik er dan voor het gemak maar even van uitga dat dat eigenlijk was wat Van Nieuwkerks écht voelde, maar wat hij niet durfde uit te spreken omdat hij zich veilig wilde beperken tot datgene waar hij het best in is: het voeren van onderhoudende gesprekken met leuke, tevreden gasten.
 

Vormfoutje

Centraal in de documentaire staat het spanningsveld tussen de letter van de wet aan de ene kant en rechtvaardigheid aan de andere kant. Hierbij draait het om de vraag wat je als advocaat moet doen als je een pedofiel als cliënt hebt die heeft bekend tientallen baby’s en peuters te hebben misbruikt en je bovendien ook weet dat hij schuldig is omdat je zelf de video-opnamen ervan hebt gezien, maar waarbij je ook weet dat het openbaar ministerie onrechtmatig aan deze banden is gekomen en je op basis daarvan bij de rechter om vrijspraak voor je cliënt zou kunnen vragen. Het mag niet verbazen dat de twee advocaten in deze zaak ervoor kozen om laatst genoemd verweer, overigens zonder succes, aan de rechter op te voeren.
Het viel Van Nieuwkerk te prijzen dat hij tegenover de advocaten zich hardop afvroeg of het niet brutaal was om in deze zaak op basis van een “vormfoutje” om vrijspraak te vragen voor hun cliënt.
Maar zoals je kunt verwachten van advocaten kwamen ze met gelikte antwoorden als: “Een van de taken van een advocaat is om te kijken of het proces op een rechtmatige werkwijze is uitgevoerd en of de betrokken partijen zich hierbij aan de wet hebben gehouden”; “Wij moeten de rechter wijzen op gemaakte fouten, dat is onze taak en plicht en zo doen we dat in alle zaken” etc.
Op de vraag van Van Nieuwkerk wat er nou zou zijn gebeurd als Robert M. hierdoor was vrijgekomen, antwoordden de twee dat dat een deel van hun vak is waar ze achter staan en “we vinden dat we dat moeten doen”. Ondanks dat ze het niet hardop zeiden, kwam het er eigenlijk op neer dat in dat geval de verantwoordelijkheid of schuld voor de uitspraak geheel bij de rechter lag en niet bij hun.
 

Er is iets grondig mis met onze rechtspraak

Zoals ik al schreef in mijn column over Gerard Spong is er naar mijn mening iets grondig mis met onze rechtspraak in het algemeen. Uitgangspunt van rechtspraak zou ten alle tijden moeten zijn dat we de mensen die een misdaad hebben begaan op basis van zoveel mogelijk feiten (waarheidsvinding) een rechtvaardige straf geven die passend is bij wat ze hebben misdaan. Een ieder die in de juridische wereld werkt en die het hier niet mee eens is, heeft er naar mijn mening niets te zoeken.
In mijn “ideale”rechtstaat zouden zowel openbare aanklagers als advocaten moeten streven naar hetzelfde doel (genoemd uitgangspunt) waarbij de een zich richt op het aanklagen van de verdachte en de ander zich bezighoudt met de verdediging. 
 

De kick van het vrij krijgen van een guilty-as-hell verdachte

Dat de heren Anker en Van der Goot wederom het beeld bevestigen dat advocaten goed moeten kunnen liegen, stoort mij het meest. Stel je nou eens voor dat de heren door een vloek zouden zijn gedwongen om tijdens dit interview alleen maar de waarheid te spreken in plaats van er zo omzichtig omheen te draaien. Man, wat zou dat grappig zijn geweest. Dan zouden ze ongetwijfeld iets hebben geroepen in de richting van: “Matthijs beste vent, tussen jou en ons gezegd interesseert ons de term rechtvaardigheid helemaal niets. Daar zijn we helemaal niet mee bezig. Wij zien zo’n zaak gewoon als een enorme uitdaging maar vooral in de eerste plaats als een spel dat we koste wat het kost willen winnen en laten we eerlijk zijn: wat is er nou mooier dan het vrij krijgen van een verdachte die “guilty as hell” is? Besef wel dat dát voor een advocaat de ultieme kick is Matthijs! Je cliënt is blij, wij zijn blij en iedereen om ons heen vindt ons fantastische advocaten en kijkt, net als jij, huizenhoog tegen ons op waardoor we nóg meer geweldige opdrachten krijgen van nóg grotere boeven en we nóg meer geld kunnen verdienen. Kortom Matthijs, wat denk je zelf: doen we dit werk uit idealisme of handelen we puur vanuit ons ego?”
Ik hoop dat Matthijs van Nieuwkerk ook deze column leest en hij er inspiratie uit put voor zijn volgende gast-advocaat. Ditmaal verwacht ik een knock-out.



Tonko

Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.

 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten