maandag 22 december 2014

169. COLUMN ACTUALITEIT AFGELOPEN WEKEN, DOPING, RUSLAND, ASTANA WIELERPLOEG (DEEL 1/2 - DEEL 2 VOLGT METEEN HIERNA): Hoe zit het met de Nederlanders?

DOPING - ASTANA WIELERPLOEG - RUSLAND - NEDERLAND?

 

Yeh, right

Doping, ik heb er al een tijd niet over geschreven maar de actualiteit van de afgelopen weken schreeuwt om een nieuwe column. Eerst zag ik van de week de veelbesproken Duitse ARD-documentaire over structureel dopinggebruik in Rusland: “Geheimsache Doping, wie Rusland seine Sieger macht”. Daarna kwam het nieuws dat de Kazakse wielerploeg Astana van de UCI (internationale wielerbond) toch zijn licentie mag behouden voor de World Tour. Dit ondanks het feit dat er van de ploeg van Tourwinnaar Vincenzo Nibali afgelopen halfjaar vijf wielrenners op doping zijn betrapt en er concrete aanwijzingen zijn dat hun manager en voormalig dopingzondaar Aleksander Vinokoerov nauwe banden heeft met de bekende Italiaanse dopingarts Michele Ferrari.
Het beleid van UCI zou niet toestaan een gehele ploeg te straffen voor de fouten van individuele renners. Wat een geweldige (drog) reden! Dus als in een Tourploeg van negen man vijf renners zouden worden betrapt, zou de ploeg niet worden gestraft omdat het zou gaan om individuele renners. En als ze alle negen worden betrapt, worden ze dan ook beschouwd als negen individuele renners? Ja hoor, wielrennen is inderdaad een typisch individuele sport. Als je als ploegleider even pech hebt, kan het zomaar gebeuren dat al jouw (individuele) wielrenners onafhankelijk van elkaar en zonder dat jij het weet heel toevallig hebben besloten om doping te gebruiken. Arme Nibali ook. Die besefte natuurlijk helemaal niet dat hij zoveel beter was dan zijn ploegmaten dat deze zich gedwongen voelden om naar de pillen te grijpen om het tempo van hun klopman bij te houden. Yeah, right.
 

De Sep Blatter-methode

Natuurlijk kan ik het nu gaan hebben over mijn vermoeden dat de UCI net zo corrupt is als de grote sportbonden in Rusland of als de FIFA. Maar dat vind ik persoonlijk een inkoppertje. Zo laat de Duitse documentaire zien dat doping in alle lagen van de Russische samenleving in stand wordt gehouden, tot aan de anti-dopingbureaus (!) en de hoogste overheid toe (Poetin vermoed ik zomaar; over inkoppertjes gesproken). Wie iets voor elkaar wil krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van het verdoezelen van een "positieve" dopingtest, moet vooral veel geld meenemen en dan komt alles goed. De Sep Blatter-methode zeg maar. 
 

Niet naïef zijn

Wat doping betreft, probeer ik niet naïef te zijn. Ook al ben ik best bereid te geloven dat het dopinggebruik na de val van het IJzeren Gordijn en de ontmaskering van Lance Armstrong is verminderd, dan nog heb ik geen moment gedacht dat dit het begin van het einde van doping zou betekenen. Zo lang als de mens liegt en bedriegt en zo lang als er veel (geld) op het spel staat, zal doping blijven bestaan. Het is net als met stelen: je kunt iets nog zo goed beveiligen als je wilt, het zal dieven alleen maar uitdagen om zo innovatief te zijn dat ze toch een stap voor kunnen blijven.
 

Hoe zit het met de Nederlanders?

Veel interessanter rondom de kwestie doping vind ik de vraag: hoe zit het met de Nederlanders? Volgens mij ben ik niet de enige die gek genoeg de neiging heeft om te denken dat “onze” sporters daar niet zo aan meedoen. Maar tegelijk realiseer ik me dat ik hierin waarschijnlijk wél enorm naïef aan het doen ben.
Oké, dat ook veel bekende Nederlandse wielrenners tijdens hun carrière gewoon doping hebben gebruikt, is algemeen bekend. Maar zelfs hier betrap ik mezelf erop dat ik Bauke Mollema en Laurens ten Dam geloof als ze zeggen dat de huidige Nederlandse wielergeneratie van het post-Armstrong tijdperk schoon wil rondfietsen. Terwijl dat toch heel vreemd is als je bedenkt dat ik voor de rest geen seconde geloof dat het hele wielerpeloton nu opeens honderd procent dopingvrij zou zijn.
 

Verborgen nationalisme

Zit er dan soms toch iets van verborgen nationalisme in me dat ik zo graag wil geloven dat wij Nederlanders te braaf, eerlijk en nuchter zijn om mee te doen aan vals spelen? Of lopen we gewoon achter?
Bij wielrennen kan ik mezelf nog wijsmaken dat doping net het verschil maakt tussen de subtop waartoe de Nederlandse renners behoren en de absolute wereldtop die Tour de Frances wint. Maar als ik er vanuit zou gaan dat je met een grote sport als wielrennen alleen met doping de absolute wereldtop zou kunnen behalen, hoe zit het dan bijvoorbeeld met “onze” zwemsters of schaatsers? Waarom behoren wij daar wel tot de absolute wereldtop? Gewoon omdat dat schone sporten zijn en daar niemand doping gebruikt? Of omdat het internationaal (financieel) te onbelangrijke sporten zijn om doping voor te gebruiken?
 

Feiten over doping: doping werkt prestatiebevorderend

Voordat ik me waag aan antwoorden, is het misschien handiger om te beginnen met wat feiten over doping. Eerste feit is dat doping prestatiebevorderend werkt, al zal het voor de ene sport meer zin hebben dan voor de andere. Hoe meer het in een sport draait om zaken als bijvoorbeeld techniek en intelligentie (veelal nature-factoren: aangeboren gave/talent) hoe minder zin doping zal hebben. Daartegenover staat dat in sporten waar (de combinatie van) uithoudingsvermogen, kracht en herstelvermogen ten opzichte van de techniek en intelligentie relatief wel een grote(re) rol spelen, doping de prestaties aanzienlijk kan verbeteren. Ik noem hierbij bijvoorbeeld sporten als atletiek, wielrennen, zwemmen, schaatsen en langlaufen.
Kijken we naar intelligentie en beschouwen we schaken als een sport dan kun je gerust stellen dat je als schaker doping kunt slikken wat je wil, maar dat je daarmee niet slimmer zult worden in het beoordelen van de stelling op het bord. Wel is er een nuance: je kunt als schaker wel doping slikken die je helpt om je concentratie te verbeteren wat je schaakspel ten goede kan komen.
Kijken we naar techniek dan kun je gerust aannemen dat een matige proftennisser met doping nog geen Roger Federer zal worden. Maar ook hier geldt een zeer belangrijke nuance. De professionele sportwereld heeft met dank aan de grotere rol van de commercie (lees: geld) de laatste decennia een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Hierdoor is in veel sporten de rol van kracht, uithoudingsvermogen en herstelvermogen veel groter geworden dan vroeger.
Behalve bij tennis geldt dat bijvoorbeeld ook voor een sport als voetbal. Waar ook steeds meer wedstrijden lijken te worden beslist op fitheid, iets wat door doping kan worden verbeterd (concreet voorbeeld: het gebruik van EPO door Juventus in Champions League finale in 1996 tegen Ajax). Ondanks dat het pure speculatie is, kun je je binnen het tennis ook wel je vraagtekens zetten bij de enorm toegenomen kracht binnen het vrouwentennis van de afgelopen decennia of bij de extreem toegenomen fitheid in het tennis in het algemeen. Allemaal een kwestie van gewoon meer trainen of is dat een naïeve gedachte? Wie op dit onderwerp gaat googelen, komt in elk geval voorbeelden tegen die je toch aan het denken zetten.
 

Feiten over doping: nooit betrapt ≠ nooit gebruikt

Tweede belangrijke feit is dat als iemand nooit is betrapt tijdens een dopingcontrole dat nog niet wil zeggen dat hij/zij nooit doping heeft gebruikt. Nooit betrapt ≠ nooit gebruikt. Het wil alleen maar zeggen dat op het controlemoment geen doping in het lichaam is aangetroffen. Zo lang er niet (regelmatig) onaangekondigde dopingtests plaatsvinden, kan iemand tussen de wedstrijden door gemakkelijk doping gebruiken en zorgen dat deze is verdwenen op de dag van de wedstrijd/controle. Kijk maar naar hoe vaak Lance Armstrong is getest tijdens zijn wielercarrière zonder “positief” resultaat.
 

Feiten over doping: kans op doping is het grootst waar belangen het grootst zijn

Het derde punt dat ik als feit durf te presenteren, is dat daar waar de belangen het grootst zijn, de kans op bedrog het grootst is. Simpel gezegd: de kans dat iemand bij een regionaal zwemkampioenschap doping gebruikt, is kleiner dan bij de Olympische Spelen. Net als dat de kans dat in een sport als tennis waarin miljoenen worden verdiend, de kans op dopinggebruik groter zal zijn dan in een amateursport als korfbal. 
 

Verborgen motortje

Deze feiten bekijkend, durf ik mijn hand ervoor in het vuur te steken dat ook in sporten als zwemmen en schaatsen doping wordt gebruikt. Met doping ga je harder zwemmen en schaatsen, dus kun je er gif op innemen dat er onder de topsporters mensen zitten die het het risico waard vinden om iets illegaals te pakken waardoor ze net wat harder gaan en de kans op goud groter wordt.
Ondanks dat het als feitenfreak absoluut niet mijn ding is om bij gebrek aan bewijzen te speculeren, beschouw ik het inschatten van de kans op dopinggebruik binnen bepaalde sporten als een kwestie van logisch nadenken over hoe de (ambitieuze) mens in elkaar steekt. Of ik moet mij vreselijk vergissen en blijken topsporters wel degelijk anders te zijn dan de gemiddelde mens in die zin dat zij wél allemaal honderd procent integer handelen en een schoon geweten hebben. Ik moet daarbij denken aan Michael Boogerd die afgelopen jaar in DWDD een opvallende reactie had op de geruchten dat er in het wielerpeloton renners zouden rondfietsen met een verborgen motortje in hun fiets. Boogerd bekende heel eerlijk dat als zoiets hem was aangeboden tijdens zijn carrière hij er serieus over zou hebben nagedacht om het te gaan toepassen. Over hoe ver een topsporter bereid is te gaan om te winnen...

Meteen hierna deel 2.
 

Tonko

 

Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.

 
Foto: Tonko
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten